column Regiobode 29 augustus 2007
‘Nog is Polen niet verloren...’ luidt de eerste regel van het Poolse volkslied, als ik me goed herinner. Als een beetje algemeen ontwikkeld stukjesschrijfster lees je nog wel eens wat, toch? Via een vreemde willekeur van je geheugen blijven daar soms dingen van hangen. Volgens een soortgelijk onvoorspelbaar patroon van associaties komt die opgeslagen kennis ooit weer te voorschijn. De eerste regel van het Poolse volkslied was er ineens weer, toen ik las dat de projectontwikkelaar die het klooster in De Steeg onder handen heeft, er Polen was gaan huisvesten. De man had eigenlijk heel andere plannen met dit stukje Steegse aarde. Ja, daar heb je projectontwikkelaars voor. Die hebben doorgeleerd om van de dingen waar andere mensen niks meer mee doen, iets nieuws en nuttigs te maken. Om die reden worden ze meestal met veel trompetgeschal binnengehaald door gemeentebesturen die het ook allemaal niet meer weten. Het is een variant van het aloude ‘we richten een werkgroep op’ als op voorhand duidelijk is dat er geen politieke moed voorradig is om meteen klip en klare besluiten te nemen. De projectontwikkelaar die zich in De Steeg om een nieuwe bestemming voor het kloostercomplex mocht bekommeren, deed precies wat er van hem verwacht werd. Hij plempte de vierkante meters vol met kubieke meters bouwmassa en bood alles voor ronde bedragen aan. Projectontwikkelaars kunnen rekenen als de beste en in hun calculatie zit minimaal zes jaar vertraging doorgerekend plus een bezoekje aan de Raad van State, retour eerste klasse. Toen het voorspelbare oproer van de buurt kraaide, was er dus ook nog geen vuiltje aan de lucht. De rekensom van de projectontwikkelaar liet het gerust toe dat er een of twee bouwlagen zouden sneuvelen in een inspraakronde. Hij was ook voorbereid om het gemeentebestuur te laten opdraaien voor het grotere aandeel sociale huurwoningen dat er steevast geëist zou worden. Iedere urban villa minder rekende zich automatisch door naar vijfenvijftig procent meer stichtingskosten voor een arbeiderswoninkje. Spreadsheetjes maken leren projectontwikkelaars in de eerste week van hun opleiding. De handen van de Steegse ontwikkelaar begonnen echter een beetje klam aan te voelen, toen hij vernam wat een collega van hem was overkomen in Rheden. Daar was een ware groene volksoploop ontstaan rond de plannen met het Rhederhofterrein. Het voormalige bejaardenhuis en verlaten asielzoekerscomplex, inclusief de statige adelijke woning tegen de bosrand, waren natuurlijk ‘kaasje’ voor een beetje lepe tweedejaars projectontwikkelaar. Tijdens de wisseling van het Rhedense College, was echter bedongen dat alle eerder gemaakte afspraken over het plattrappen van zeldzame kikkers en het kneuzen van berkentakken, van tafel moesten. Tot zover de betrouwbaarheid van de politiek en de het vertrouwen in het openbaar bestuur. Twee cruciale uitgangspunten in iedere rekensom van iedere projectontwikkelaar. Tuurlijk trekken zijn Rhedense collega’s aan het langste eind, weet ook de Steegs projectontwikkelaar, maar een rechtszaak tegen een Gemeente die woordbreuk pleegt, heet in ontwikkelaarskringen een pensioenvoorziening. Daar ben je kortom nog wel even mee bezig. Slim marktdenken dus van de eigenaar van het kloostercomplex om de door nonnen zo zorgvuldig geschrobde abdijplavuizen te laten bevolken door de meest katholieke arbeiders van Europa. Zoals die er de moed in kunnen houden, staat gelijk aan een jarenlange huuropbrengst tegen minimale investeringen. Nog is Rheden niet verloren, zingen de ambtenaren in De Steeg. Maar het klinkt niet als een volkslied. Eerder als een klaagzang van hen die wispelturige politici moeten dienen.
Nel Son
Geen opmerkingen:
Een reactie posten