column Regiobode 30 januari 2008
Het is al weer een hele tijd geleden. Misschien moet ik hopen dat het inmiddels verjaard is? Toen ik eindelijk doorkreeg wat er aan de hand was, had ik zo mijn moment van ontroering. Dat wil ik best bekennen al lijkt het nu natuurlijk alsof ik mijn eigen straatje zit schoon te praten. Nee, ik was oprecht aangedaan en voelde me net zo hulpeloos als het kleine creatuurtje dat mijn medeleven had opgewekt. Het was een doordeweekse middag, ik meen ergens in het prille voorjaar. Ja, daar heb je het al: stel dat hier een rechtszaak van komt ben ik hopeloos verloren omdat ik het echt niet meer precies weet. Ik weet nog wel hoe het begon. Ik deed mijn keukendeur open en die piepte. Een vreemd soort piep. Je hebt deuren die piepen, maar mijn keukendeur had nog nooit gepiept. Nu kan iedere deur op elk willekeurig moment beginnen met piepen uiteraard, maar dit gepiep klonk niet direct als een deur die piept. Iets was er anders aan. Toch zit de menselijke waarneming blijkbaar zo in elkaar dat als je een piep hoort terwijl je een deur open doet, je dan automatisch denkt dat het door die deur komt. Ook als het niet helemaal klopt. Er was iets met dat piepje. Ik zal wel in de tuin aan het werk zijn geweest. Gewoon lekker weer om wat te snoeien, maar toch nog te koud om je keukendeur open te laten staan. Die ging dus iedere keer open en dicht en iedere keer was dat piepje er weer. Na een poosje stille verbazing ga je dan toch op onderzoek uit. Bij een piepende keukendeur bestaat dat eruit dat je de deur een paar keer voorbij het pieppunt heen en weer beweegt. En verdomd, iedere keer als de dorpel van de deur bijna tegen de muur van de keuken aankwam, klonk dat piepje. Je kijkt eens omhoog naar de bovenste scharnier, je kijkt eens naar de onderste scharnier, maar niks bijzonders. Tot het moment dat je achter de deur kijkt. Daar lag de reden van het gepiep. Meteen wist ik ook dat het geen deurpiep had kunnen zijn. Daar op de grond lag een verfomfaaide vleermuis die steeds als ik de deur open- of dichtdeed het harde hout over zich heen moet hebben voelen schrapen. Machteloos heb ik een poosje naar het diertje staan staren, onwetend wat ik voor het welbevinden ervan zou kunnen betekenen. Ontroerd door zoveel dierlijk leed heb ik ten einde raad de lokale dierenarts gebeld. Die vertelde me dat het beestje waarschijnlijk door ziekte verzwakt achter mijn keukendeur lag te zieltogen. Meest voor de hand liggende diagnose was hondsdolheid en of ik het zwarte gevleugelde ding maar in een doosje naar een bepaald laboratorium wilde opsturen om dat met zekerheid te laten vaststellen. Intussen raadde de arts me aan voorzichtig te zijn in verband met besmetting. Dat ging mijn medeleven iets te ver. Ik heb met grote omzichtigheid het diertje vanachter mijn keukendeur in een krant gewikkeld en in de zwarte afvalcontainer gekieperd. Die zou de volgende morgen geleegd worden. Ik kan de VVD van Rheden een soortgelijke procedure aanraden. Nooit meer een vleermuis in mijn tuin gehad, laat staan een piepende achterdeur. Hun bezorgdheid over de voortgang van de sloop van de Kohnstammmavo in Velp nu daar een vleermuis is ontdekt, kan ik goed navoelen. Wat mijn verwondering wekt is dat er in een leegstaand schoolgebouw een vleermuis wordt ontdekt. Zijn daar speciale opsporingsambtenaren voor aangesteld? Dan zou ik de VVD willen vragen ook deze bijzondere species meteen te laten ruimen. Komt de voortgang van bouwprojecten zeer ten goede lijkt me. Of ben ik nu een ba(d)twoman?
Nel Son
Geen opmerkingen:
Een reactie posten